Rimpelroos is een struik die 1 tot 2 meter hoog wordt. De plant bloeit vanaf juni tot in de herfst met paars-roze bloemen, maar er is ook een variëteit met witte bloemen.

Rimpelroos heeft 7 tot 9 sterk rimpelige deelblaadjes, die aan de onderkant dicht behaard zijn. De bloeitakken zijn bezet met grotere en kleinere naaldvormige stekels. De bottels hebben geen klieren en zijn meestal breder dan hoog.
Rimpelroos kan worden verward met inheemse rozen (Rosa spp.) maar die hebben niet twee soorten stekels (lange en korte) en geen bottel die meestal breder is dan hoog.
De plant loopt gemakkelijk uit via worteluitlopers. Rimpelroos wordt in de handel ook wel Japanse bottelroos genoemd.
Rimpelroos kan ook verward worden met Rosa ‘Hollandica’. Dit is een kruising van Rosa rugosa met een onbekende soort. Bij Rosa ‘Hollandica’ hebben de bottels wel klieren en zijn de bladeren vrijwel kaal.
Aanwezigheid en effect in Nederland
Stand van zaken in 2017
Rimpelroos komt vrij algemeen voor, het meest in het kustgebied.
Effect op biodiversiteit en ecosysteem
Rimpelroos wordt als sierplant aangeplant en kan zich vooral in de duinen en andere zandige gebieden invasief gaan gedragen. Doordat knoppen aan de wortels kunnen uitlopen en nieuwe scheuten kunnen vormen (wortelopslag), vindt snelle uitbreiding van de populatie plaats. Er ontstaan dichte, eenvormige vegetaties die de oorspronkelijke vegetatie verdringen.
Hierdoor worden ook de dieren bedreigd die afhankelijk zijn van de oorspronkelijke planten. Rimpelroos verandert ook de fysische omgeving doordat zand, waardoor duinen worden gevormd, minder verstuift. Rimpelroos is een bedreiging voor zowel jonge als oude duinen met een open vegetatie.
Effect op ecosysteemdiensten
Rimpelroos wordt gezien als een kenmerkende plant voor de duinen. Maar grote dichte bestanden rimpelroos die de oorspronkelijke vegetatie verdrongen hebben, zullen geen positief effect hebben op de natuurbeleving.
Overige effecten
Rimpelroos heeft een economische waarde als sierplant en vervult ook functies als heg en windbreker, en de plant kan erosie voorkomen. De soort wordt ook gebruikt om te kruisen met andere rozensoorten om nieuwe cultivars te kweken, en als onderstam.
Beheermaatregelen
Vanwege de negatieve effecten wordt rimpelroos op diverse plaatsen in de duinen bestreden. De meest effectieve bestrijding is om de soort met de hand uit te graven, waarbij ook wortels en wortelstokken moeten worden verwijderd. Grote oppervlakten kunnen machinaal 1 meter diep uitgegraven worden waarbij het zand wordt gezeefd om wortelstokdelen eruit te halen. Vestiging in de duinen is afhankelijk van de aanwezigheid van zaad in de nabije omgeving. Daarom wordt aanbevolen rimpelroos niet meer aan te planten in kustgebieden. Dit geldt zowel voor wegbermen, gemeentelijk groen als particuliere tuinen. De soort wordt vaak geplant vanwege de aantrekkelijke bloemen en omdat de plant redelijk bestand is tegen zout en goed tegen droogte kan. Er zijn alternatieve planten te koop. Deze lijken op rimpelroos en bezitten ook deze eigenschappen, maar zijn niet invasief. Dit zijn bijvoorbeeld hondsroos (Rosa canina) en egelantier (Rosa rubiginosa). Let er bij aankoop van de hondsroos of egelantier op dat de plant niet op een onderstam van rimpelroos is geënt. Een ander alternatief is duindoorn (Hippophae rhamnoides). Deze plant heeft geen aantrekkelijke bloemen en vormt in het najaar oranje bessen.
Lees meer in de factsheet: https://www.nvwa.nl/binaries/nvwa/documenten/plant/planten-in-de-natuur/exoten/risicobeoordelingen/factsheet-rimpelroos/Rimpelroos-factsheet.pdf
Bronnen
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (2022) geraadpleegd op 11-11-2024 op https://www.nvwa.nl/onderwerpen/invasieve-exoten/documenten/plant/planten-in-de-natuur/exoten/risicobeoordelingen/factsheet-rimpelroos